Kalahari Desert

Botswana is voor bijna 70% bedekt door Kalahari zand. De Kalahari Woestijn is geen echte woestijn, omdat er veel begroeiing is en er overvloedige, doch onvoorspelbare regenval voorkomt. De grond houdt echter geen water vast aan de oppervlakte waardoor er een fascinerende ecologische ‘uitdaging’ is ontstaan voor flora, fauna en de Bosjesmannen die reeds duizenden jaren in dit gebied leven.

De naam Kalahari naam is afkomstig van het Tswana woord "Kgalagadi", wat "de grote dorst" betekent en het is één van 's werelds meest uitgestrekte zandgebieden dat reikt van Zuid-Afrika in het zuiden, tot Namibië in het westen en Angola en Zambia in het noorden.

De Kalahari huisvest drie van Afrika’s meest afgelegen wildreservaten: het Central Kalahari Game Reserve (CKGR), Khutse Game Reserve en het Gemsbok National Park.

Central Kalahari Game Reserve

Dit spectaculaire zandreservaat is gesticht in 1961. Verbazingwekkend genoeg is het reservaat niet gesticht ter bescherming van enig bedreigde diersoort, maar van een bedreigde mensensoort; de San Bosjesmannen. Het reservaat is bedoeld om een thuishaven te creëren voor de Bosjesmannen in hun natuurlijke omgeving, de enige plek waar zij in staat zijn te overleven. Dit ongewone reservaat is het op één na grootste stuk woestijnland ter wereld en is daardoor dubbel zo kostbaar.
Vier fossiele rivieren kronkelen door het droge reservaat. Onder hen is de stoffige oude waterweg die zich 16.000 jaar geleden een weg zocht door de noordelijke Kalahari en die tegenwoordig bekend staat onder de naam Deception Valley – een uitstekend safarigebied.

Een verscheidenheid aan grassen, acacia’s, doornbossen en andere planten die kunnen leven in deze droge omgeving, bedekt het grootste deel van het Central Kalahari Game Reserve. Tsamma meloenen en gemsbok komkommers zijn de grootste waterbron voor de dieren en de Bosjesmannen in het droge seizoen.

Khutse Game Reserve

Het 2.500 km² grote Khutse Game Reserve is geopend in 1971, op Bakwena stamgebied. Voor de opening leefden erg weinig mensen in dit gebied, door een bijna volledig gebrek aan oppervlaktewater en de fragiele vegetatie in dit gebied van droge Kalahari bossavanne. Diegenen die er woonden hielden zich in leven met natuurproducten, ze jaagden nauwelijks en hielden slechts een kleine veestapel. Wildlife werd daardoor beschouwd als een goed alternatief voor het gebruik van het land.

De uitgestrekte gemineraliseerde pan in Khutse vormt een belangrijke habitat voor herbivoren die grazen op de pannen, het mineraalwater drinken in het regenseizoen en het zout oplikken in het droge seizoen. Deze herbivoren trekken op hun beurt weer roofdieren, zoals leeuwen, cheetah’s en luipaarden aan.

Op enkele plekken in het reservaten zijn watergaten geslagen om de wilde dieren het gehele jaar door te laten blijven in het gebied. Hoewel de bezoeker aan Khutse niet moet verwachten grote concentraties wilde dieren aan te treffen, kunnen giraffen, gemsbokken, rode hartebeesten, elanden, kudu’s, wildebeesten, springbokken, steenbokken, grijze duikers, leeuwen, luipaarden, cheetah’s, bruine hyena’s, zwartgerugde jakhalzen en wilde dieren in Khutse worden waargenomen.

Een grote variëteit aan vogels van struisvogels tot de kori buizerd en de kleinere soorten houdt enthousiaste vogelaars goed bezig.

Kalahari Gemsbok National Park

Het Kalahari Gemsbok National Park is gelegen tussen de grenzen van Namibië en Botswana. Het park beslaat een gebied van iets minder dan 10.000 km². Het Kalahari Gemsbok National Park en het naastgelegen Gemsbok National Park beslaan samen niet minder dan 36.000 km². Aangezien er geen hek is om beide parken te scheiden, kunnen de dieren vrij van het ene park naar het andere migreren.

Kilometers glooiende roest-rode zandduinen, solitaire bomen en hier en daar wat grassoorten. Voor liefhebbers van het ruige, ongetemde Afrika, heeft deze bijzonder mooie regio een unieke aantrekkingskracht. De Kalahari Woestijn is onderdeel van het grootste aaneengesloten zandgebied ter wereld. Het nieuwe 38.000 km² grote park, bekend als Kgalagadi ('land van dorst'), vertegenwoordigt een toenemend zeldzaam fenomeen: het is een uitgestrekt ecosysteem dat nagenoeg verschoond is gebleven van menselijke invloeden.

De ultieme safaribeleving is om duizenden antilopen over de zandvlaktes te zien galopperen. Wegen lopen langs de droge rivierbeddingen van de Nossob en de Auob rivieren en het relatieve onvruchtbare gebied biedt uitstekende mogelijkheden voor wildobservatie en fotografie.

Het Kalahari Gemsbok National Park is ook één van de beste gebieden in zuidelijk Afrika om roofvogels te zien. Op het heetst van de dag schuilen zwartgemaande Kalahari leeuwen onder schaduwrijke bosjes en trekken luipaarden zich terug op de takken van de bomen, terwijl bezoekers af kunnen koelen in het zwembad van het Twee Rivieren kamp of genieten van een verkoelend drankje in het restaurant.